Zeg Zuid-Spanje en je denkt aan volle stranden, polonaise in een Hollandse tent en verplicht aan de castagnetten. Dat kan, maar het hoéft niet.
Doe een paar dagen Malaga en we beloven dat je geen spijt krijgt.
Zeg Zuid-Spanje en je denkt aan volle stranden, polonaise in een Hollandse tent en verplicht aan de castagnetten. Dat kan, maar het hoéft niet.
Doe een paar dagen Malaga en we beloven dat je geen spijt krijgt.
Begin met een dagje binnenland, want: majestueuze bergen en kliffen, romantische dorpspleinen, nul mensenmassa. Daarna een dag strand, vervolgens een tripje cultureel Malaga en je rondt het af met een etmaal shoppen en eten in… Malaga. Andere voordelen aan Spanje in de winter of lente: je vermijdt de bloedhitte en je treft het mooiste strijklicht dat er bestaat (hallo Instagram!). Dit zijn onze tips:
Binnen een mum van tijd heb je de torenhoge hotels aan de kust achter je gelaten en zit je in olijfboom-heaven. Pak de snelweg richting Granada en je ziet niets anders dan heuvels met miljoenen olijf- en amandelbomen en daartussenin af en toe een slaperig dorpje geplakt. Binnen krap twee uur ben je in Granada, waar je natuurlijk een terrasje inclusief kan sangria pakt en het Alhambra bezoekt; een toeristisch maar prachtig middeleeuws paleis.
Vanuit Granada is het een klein uurtje naar Guadix, een dorp in de uitlopers van de Sierra Nevada. Wij gingen hier te paard het land in en wat een ontdekking: je hoéft helemaal niet naar Bryce Canyon in de VS om je in een westernfilm te wanen. In het achterland van Guadix hebben ze ook rotsformaties waar Clint Eastwood U tegen zou zeggen. In Spanje! Nog geen drie uurtjes vliegen! Rugzakje op, picknick mee en gaan.
Als je dan toch in Guadix bent, boek dan ’s avonds een tafel in dit ietwat afgelegen restaurant. Als je aankomt denk je dat het niet veel kan zijn: een omgebouwde olijfoliemolen in the middle of nowhere. Maar dit is waar de locals hun feestjes vieren en met de hele familie aan tafel gaan, opa en oma aan het hoofd. Geen gefröbelde culi-hoogtepunten, maar rechttoe rechtaan eten zoals gegrilde groenten, gamba’s uit de oven, verrukkelijke inktvis en Spaanse toetjes als Leche Frita (doe maar). Niet schrikken als een setje Flamenco-spelers hun gitaren pakt: de Spanjaarden in het restaurant gaan uit hun dak en wat kán die vrouw dansen.
Het eten dat hier lokaal van het land komt, is goddelijk. Verse olijven, olijfoliën, amandelen (en alle gebak en koekjes die daarmee worden gebakken, zoals de bekende ‘tarta de Santiago’) druiven, wijn, schapenkaasjes, Spaanse jamón, honing, groenten en uit de zee: verse vis (oef, die sardientjes moét je echt ergens bestellen: ‘espetos’). Om te zorgen dat we nog honderden jaren van al dit lekkers kunnen genieten, wordt de duurzame landbouw hier flink gestimuleerd. Zo heeft de TUI Care Foundation meerdere projecten lopen om te zorgen dat het land niet uitgeput raakt en op de beste manier wordt bewerkt. De foundation geeft niet alleen geld uit aan voorlichting, maar opent de toeristische wereld ook voor ideeën: zoals al die heerlijkheden aanbieden in de uitgebreide range van hotels. Wij bestelden op een terras een koude witte wijn met ‘salmorejo’; een extra stevige gazpacho die hier veel gegeten wordt en is gemaakt van tomaten met een flinke dot knoflook. Niet te doen, zo lekker.
Lees ook
Vakantie in Israël? Deze hoogtepunten mag je niet missen
De laatste tien jaar zijn meer dan twintig musea geopend in Malaga en daar zitten een paar hele leuke tussen. De meeste zijn te voet te vinden in het oude centrum van de havenstad. En geen enkel risico op verveling of vermoeidheid, want stuk voor stuk klein, te bezoeken in een uurtje en gevestigd in prachtige oude Spaanse huizen met binnenplaats of juist briljant modern vormgegeven designpareltjes. Toe, doe in ieder geval deze.
Museo Carmen Thyssen, alleen voor het gebouw al even gaan. Van buiten tamelijk klassiek, binnen giga golvende wanden en een dak van glas. Met Andalusische kunst: vroegere taferelen uit Malaga, Sevilla, Cordoba en Granada. Maar ook met wisselende tentoonstellingen. Wij zagen er de naakten van Francisco Iturrino: heerlijk.
Centre Pompidou Málaga, bijhuis van het gelijknamige museum in Parijs. Moderne kunst uit de twintigste en eenentwintigste eeuw, gelegen in de haven.
Museo Picasso Malaga, met Picasso’s schilderijen, sculpturen, het herkenbare fietszadel dat lijkt op een schedel en zijn bekende vreemde vogels. Want jawel: Picasso is geboren in Malaga. Zijn geboortehuis, niet ver van dit museum, kun je ook bezoeken.
Ben je in de haven voor Centre Pompidou, struin dan even langs de waterkant. Vergaap je aan de hagelwitte jachten, pak een van de vele terrasjes. Een halfuur wordt hier gemakkelijk een paar uur, want je raakt niet uitgekeken op de flanerende Spanjaarden die hier met hun families komen om te spelen en te lachen.
Dit is wat je zoekt tijdens elke vakantie: verrukkelijke hapjes die -yesss- betaalbaar zijn. In Malaga heb je de tapasbars voor het uitkiezen. Wereldberoemd is Bodega Bar El Pimpi met als hoogtepunt een foto van Antonio Banderas met wijnfust. Zelf namen we plaats aan een hoge tafel naast knappe Spanjaarden in Los Gatos en bestelden inktvisjes ‘Galician Style‘, gedroogde tonijn met amandelen en olijfjes met ansjovis.
Lees ook
7 x bestemmingen waar de zon in de winter wél schijnt
Het bewijs dat de Moren hier ooit een tijdje de boel overheersten. Maak een reservering als je jezelf echt even onder wil dompelen in duizend-en-een-nacht sferen, want dit badhuis is niet alleen een schoonheid met z’n Arabische lampen en marmeren baden, maar ook heel populair.
Zie jij een vakantie Malaga nu wel zitten? Bekijk dan hier het altijd fijn geprijsde aanbod van TUI. En wil je meer van dit soort fijne berichten op je tijdlijn? Volg LINDA.reizen dan ook via Facebook.