'Ik wist zeker dat deze relatie nog mooier en volwassener zou worden dan die ervoor'

Verlaten vrouw

'Ik wist zeker dat deze relatie nog mooier en volwassener zou worden dan die ervoor'

De o zo stabiele man met wie Anna Marie (41) dolblij een gezin stichtte, bleek in de praktijk het vreemdgaan maar moeilijk te kunnen laten.

“In 2006 was ik 24 en had een vriend met wie ik gelukkig was. Dat wil zeggen: ik was dol op hem, maar ik had altijd het gevoel dat ik net iets meer van hem hield dan andersom. Ik werkte in die tijd in de zorg en vooral tijdens de nachtdiensten zijn de contacten daar tussen collega’s behoorlijk diepgaand en komen veel privéonderwerpen ter sprake. ‘Ben je wel echt gelukkig?’, vroegen we dan bijvoorbeeld aan elkaar. Een mannelijke collega wist mij ervan te overtuigen dat ik een beter iemand verdiende dan mijn vriend. Dat verraste me, mijn vriend en ik waren al vijf jaar samen – als ik me hecht aan iemand doe ik dat voor de volle honderd procent. Maar het klopte dat ik genoeg had van alle wispelturigheid binnen die relatie, van het ‘niet met en niet zonder elkaar kunnen leven’, ik wilde rust in mijn leven en dat bood die collega.
Na maanden van praten volgde de eerste zoen. Eindelijk leek ik iemand te hebben gevonden die solide en stabiel was, met wie ik een toekomst kon opbouwen. Ook al had hij gezegd dat-ie zijn vorige vriendin na elf jaar van de ene op de andere dag had verlaten, ik zag geen rode vlaggen. Sterker: ik wist zeker dat deze relatie nog mooier en volwassener zou worden dan die ervoor. Het enige wat ik zei, was: ‘Waag het niet zomaar bij mij weg te gaan.’ Ik stond op het punt een huis te kopen met mijn vriend, maar dat cancelde ik; een halfjaar later kocht ik een huis met deze nieuwe man. Toen hij me een paar jaar later ten huwelijk vroeg in Venetië, dacht ik heel even: zou mijn eerste lief mij ook op deze manier hebben gevraagd? Daarna zei ik ja.
Ik was verliefd en moest dus gelukkig zijn. Met mijn eerste vriend kon het soms enorm clashen, maar dan maakten we het daarna weer spetterend goed. Deze man, de toekomstige vader van mijn twee kinderen, kon na een ruzie soms drie dagen lang zwijgen. Zijn jeugd was niet makkelijk geweest. Toen hij drie was, verdronk zijn vader. Ook was hij als kind mishandeld. ‘Dat heeft me sterk gemaakt’, zei hij weleens, en ik geloofde hem. Zelf had ik nooit iets groots meegemaakt, de breuk met mijn jeugdliefde was mijn grootste life event. Natuurlijk waren er momenten dat ik me afvroeg of we wel bij elkaar pasten. Maar het was ook fijn, we hadden prachtige jaren, er kwamen twee kinderen, de vakanties waren altijd heel gezellig, we hadden veel vrienden over de vloer en tot de laatste dag waren we intiem. Ook al bleek al snel dat ik avontuurlijker in bed was dan hij. Vrijen was wat hem betreft iets wat altijd in de avond en in bed moest plaatsvinden. Beetje preuts.
Op een dag, onze jongste was acht maanden, besloot ik pannenkoeken te gaan bakken. Mijn man zat achter me op de bank, zijn telefoon lag op het aanrecht. Ik zag een berichtje binnenkomen en ik wilde het hem voorlezen zodat hij niet hoefde op te staan. Maar op het moment dat ik het opende, zag ik een foto van een gemeenschappelijke collega, in lingerie. Ik aarzelde, scrolde terug in hun geschiedenis, en zag een selfie van mijn man in onderbroek. Alles net gestuurd, kennelijk in de uren dat ik met de kinderen in het zwembad was en hij had gezegd dat hij zich te moe voelde om mee te gaan. Ik zette het gas uit, rende met zijn telefoon naar de slaapkamer en las een reeks pikante berichtjes. Wat betekende dit? Mijn man was altijd fel tegen vreemdgaan. Maar hoe zat het nu met zijn morele kompas? ‘Het is niks’, zei hij. ‘We waren een beetje aan het dollen als collega’s onder elkaar, dat ken je toch?’ Nee, eerlijk gezegd niet. Maar als trouwe ziel was ik best in staat me erover heen te zetten. We waren als een vaas die altijd in een vitrine had gestaan en ineens in duizend stukken brak. Een ­huwelijk kan je niet behoeden voor schrammen en ­beschadigingen, dat begreep ik wel, we moesten de vaas lijmen en misschien zou-ie er wel steviger van worden, dacht ik optimistisch.